Winnaar Confituurboekhandelsprijs 2021

Op deze grijze donderdagochtend wil ik hulde brengen aan, en applaus vragen voor Matthias Declercq en zijn fascinerende boek, ‘De ontdekking van Urk’, dat hier de prijs van de Confituurboekhandels in ontvangst mag nemen. Het boek verdient een hartverwarmend literatuurfeest, maar door de coronasomberheid moeten we het in mineur doen.
Maar goed, hulde en applaus dus. Vooreerst voor de bijna jaloersmakende ingeving om van een nogal willekeurige journalistieke opdracht een doorleefd boek te maken. Meer dan tien jaar geleden werd Matthias Declercq als jonge journalist naar het Nederlandse Urk gestuurd om er een moordzaak te verslaan. Na publicatie van zijn stuk – met de journalistiek mooie titel ‘Verderf in gods eigen dorp’ – bleef het jarenlang kniezen in het hoofd. Hij bleef met het gevoel zitten dat hij geen toegang gekregen had tot de werkelijkheid van dat vreemde dorp.
Een sterk idee dus, dat hebben journalisten wel vaker, maar dan moet er nog volharding bijkomen, en werkkracht, en ja, ook veel schrijftalent om tot een boek als dit te komen.
Het verhaal zal jullie al bekend zijn: de schrijver ging zes maanden wonen in het dorp, op Urk dus, want vroeger een eiland in de Zuiderzee, die door de befaamde inpoldering het IJsselmeer werd. De werkelijkheid van het meest kerkelijke dorp van Nederland openbaarde zich aan hem als een verzameling Russische poppetjes, “waarin de ene wereld zich in de andere verschuilt en telkens als ik denk op de kern te stoten, zal op Urk weer een nieuwe wereld opengaan”.
Hij werd er die Belg met zijn notitieboekje en vouwfietsje. Zoekend naar de ziel van het vreemde bijbeldorp. Zoals de dorpelingen ging hij er des zondags ter kerke, naar de diverse gereformeerde kerken, hij ging mee collecteren, drinken in dorpskroegen en illegale jeugdhonken, hij ging zelfs een week mee vissen op een kotter.
Zo wint hij het vertrouwen van veel aanvankelijk gesloten dorpelingen. Hij onderzoekt het dorp met onbevangen nieuwgierigheid, ondersteund door grondige dossierkennis – hij verslindt een bibliotheek aan Urk-info – en warme menselijkheid. Empathisch en tegelijk professioneel, zichzelf wegcijferend en tegelijk heel persoonlijk. Die combinatie zorgt voor grote journalistiek en ja, voor goede literatuur.
En hij beschrijft het ook nog helder, en zelfs spannend. Ik had nooit gedacht dat ik intens geboeid zou blijven lezen over onderwerpen als, pakweg, gereformeerde kerkscheuringen, inpoldering, vistechnieken, of over hoe de Europese visquota tot grootschalige fraude geleid hebben.
Dus ook hulde en applaus voor het literaire van dit zogenaamde non-fictieboek.
De schrijver hoort voor mij nu al bij een select clubje van lievelingschrijvers , zoals Lieve Joris, Frank Westerman, Jan Brokken. Grote literatuur die het niet moet hebben van verzonnen verhaaltjes, maar van feiten. Niet de fictie maakt de literatuur, maar de manier waarop het verhaal verteld wordt, de stijl en de verzorgde taal, de sterke vergelijkingen en wendingen, de cadans, de vorm, de persoonlijke toon en de compositie.
Overigens, ik heb nog nooit iemand ontmoet die een dijbeen heeft gevonden van een vrouwelijke wolharige mammoet. Ook daarom applaus, maar vooral voor het prachtige boek dat ik aan alle rechtgeaarde lezers wil aanprijzen.

Johan Vandenbroucke – laudatio naar aanleiding van de uitreiking van de Confituurboekhandelsprijs op donderdag 29 april 2021 in boekhandel Walry in Gent.

Bekijk hier een artikel en reportage op de website van AVS